‘Zo lang ik nog fit ben, ga ik door’

ASSEN – Het is 9 februari 1968 als Jack Bos het bondsexamen doet om gediplomeerd boksleraar te worden. ,,Dat is dus vijftig jaar geleden. Niet normaal, zo snel gaat de tijd”, aldus de kwieke 76-jarige jubilaris.

,,In Assen bestond boksvereniging Carpentier, daar ben ik met mijn dertiende begonnen te boksen. Ik ben destijds met een jongen meegegaan en blijven hangen. Ik heb twaalf wedstrijden gebokst, destijds bokste je nog niet zo vaak. Een keer per jaar bij het toenmalige Concerthuis, waar nu de Nieuwe Kolk is. Ik ben toen gevraagd trainer te worden en dat heb ik toen gedaan.”

Jack was daar trainer tot 1976. In 1977 op 1 oktober begon hij in zijn eentje Boksvereniging Assen. De eerste 25 jaar was hij de enige trainer. Daarna kwamen er mensen bij die voor hun trainersdiploma gingen. De eerste vijf jaar waren de trainingen in de garage naast het huis. „De garage was de bokshal.”

De garage was van hout en het ging er wel eens fanatiek aan toe. ,,Dan brak er weer een balk af. Dat moest dan weer gerepareerd worden. De garage heeft wel eens op instorten gestaan.”

Zeven dagen in de week werd getraind. Jack had ook twee beroepsboksers erbij in die tijd. ,,We gingen elke zondagmorgen het bos in van negen tot tien, weer of geen weer. Eén keer in de maand bij mooi weer gingen we dwars door het bos, door sloten etcetera. Wat dat betreft heb ik dingen beleefd, daar kun je een boek over schrijven.”

De club werd groter en na vijf jaar werd de locatie Penta aan de Industrieweg betrokken. ,,Daar hebben we dertig jaar gezeten.”

Sinds drie jaar is de boksschool gevestigd aan de Vaart Zuidzijde. ,,We hebben nu drie gediplomeerde trainers en als het goed is komt er in april weer een gediplomeerde trainer bij.”

Dit is ook wel nodig want het ledenaantal groeit hard. ,,Er wordt dinsdag, donderdag en zaterdag getraind, zowel door de jeugd als volwassenen.” Onder meer twee kleindochters lopen er rond en Jack heeft ook meerdere generaties getraind van opa’s, vader en zonen.

,,We hebben achttien wedstrijdboksers. Als die extra willen trainen ben ik er overdag. Ik zit er aan te denken om nog iets te doen met boksen voor mensen boven de zestig. Dat lijkt me mooi. Ik kan alles nog doen en zolang ik me nog 35 keer kan opdrukken.”

Een aantal dingen wordt wel afgebouwd, zoals de sportkeuring voor het district. ,,Dat nemen anderen over en zo wil ik steeds meer dingen afstoten, zoals de administratie van de wedstrijdleden. Mijn bedoeling is om honderd te worden en zolang ik nog zo fit ben ga ik door.”

Jack is dan ook nog volop bezig met de vereniging. Samen met de voorzitter en enkele bestuursleden organiseert Jack het boksgala wat 2 juni in de Bonte Wever plaatsvindt. ,,Daar bokst Ben Tingen. Het is zijn tiende profpartij.”

Dinsdag is altijd de klusdag waarbij hij samen met twee andere gepensioneerden bezig is met het onderhoud aan het gebouw en het materiaal.”

Bijzonder is dat zowel Jack als de andere trainers voor niks de training geven. De contributie is voor het onderhoud en om de kosten voor de opleiding tot bokstrainer te bekostigen. Zelf verdiende hij de kost als verkoper van vlees. ,,Ik ben met mijn twaalfde begonnen met werken en ben op mijn tweeënzeventigste gestopt. Ik ben al die jaren nooit ziek geweest. Wat dat betreft heb ik geluk gehad.”

 

Bron: Cindy Houwen – Het Gezinsblad